Onlangs sprak ik op een symposium. Een tijdje deed ik dat vaker: spreken op podia. Maar het was wel weer even geleden dat ik op een podium stond. Wat ik mij herinner is dat het voor mij altijd een energie slopende bezigheid was. Iets wat vreemd klinkt voor iemand die haar bedrijf ‘Evi maakt alles bespreekbaar’ noemt. Als kind was ik bang om mezelf uit te spreken, met stotteren tot gevolg. Stotteren doe ik bijna niet meer, spannend vind ik spreken nog steeds. ‘Evi maakt alles bespreekbaar’ is dan ook niet geboren toen ik mijn angsten overwon tot spreken, maar toen ik bang durfde te zijn terwijl ik sprak.
Ik vond het leuk na zo’n lange tijd weer op een podium te staan.
Het daagde mij uit het eens anders te doen dan ik normaliter deed. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, schud ik niks uit mijn mouw en bereid ik mij vaak tot in de detail voor. Deze keer niet, dit was een primeur. Zonder obsessieve voorbereiding vertrok ik naar Heerlen, waar ik voor het eerst zonder spiekbriefjes op een podium stond. Om mezelf datgene te gunnen waarover ik spreek: Gewoon spreken vanuit mezelf.
Dit raakt direct de essentie van wat ik die dag wilde overbrengen. ‘Vertel… wat wil je niet vertellen?’ schittert groot op het scherm achter mij. Angst, schuld, schaamte, van alles kan in de weg zitten werkelijk te zeggen wat we willen zeggen. En daarom maken we onszelf wijs dat we het niet willen zeggen. Maar ten diepste schreeuwen we met onze monden gesloten. En hopen we dat de ander luistert naar wat we zelf niet vertellen.
Onszelf durven en kunnen uitspreken is agressie.
Helaas wordt agressie nog wel eens verward met schreeuwen en slaan. Het laatste is enkel de onmacht van het niet bezitten van het eerste. Of we nu zwijgen, meepraten, verdwijnen, manipuleren, omzeilen, schreeuwen, rationaliseren, wegwuiven, dissociëren, verpakken, gooien of slaan. Het verschilt niet zoveel van elkaar, het zijn enkel andere kanten van dezelfde medaille. Het niet bezitten van gezonde agressie kent vele uitingsvormen. De onmacht van jezelf niet kunnen uiten, is de gemeenschappelijke deler.
Velen, inclusief ikzelf, zijn plat gediagnosticeerd om de verschillende uitingsvormen van deze onmacht. De geestelijke gezondheidszorg was voor mij persoonlijk dan ook niet te plek om te leren over basisveiligheid; voelen wat ik voel; mezelf als vertrekpunt nemen en zeggen wat ik heb te zeggen. Agressie is een basale functie van ons menszijn en kunnen we weer aanleren, het is net als leren lopen. Dat gaat niet in één dag, niet in één maand en zelfs niet in een jaar. In de Ggz hadden ze me bijna geamputeerd, maar na ontelbaar keer vallen en opstaan, lukte het mijn eerste stappen te zetten.
Jezelf omringen met mensen met een gezonde agressie is tijdens dit leerproces een zeer wenselijke bijkomstigheid.
Het nadeel is dat deze mensen zeldzaam zijn en zich weinig binnen de onmachtige ggz muren bevinden. Ooit gaf ik daar trainingen over grenzen en schrok ik hoe hulpverleners cliënten poogde te voeden met wat ze zelf niet hadden. Al die zorg en hulp voor de ander lijkt zo prachtig. Maar niet zelden zit er een transactie in verscholen en ziet enkel de betere kijker dat geven eigenlijk nemen is. Cliënten en hulpverleners verschillen dan ook niet zoveel van elkaar. Achter al die verschillende gezichten schuilt heel veel mens.
Geven weer geven en nemen weer nemen maken, is niet alleen zuiverder en gemakkelijker in contact, het is ook liefdevol. Uit- en opkomen voor jezelf is liefde, voor jezelf én de ander. Ik was lang die ene vriendin, die specifieke begeleider en coach, die gaf. Men wist de weg naar mij te vinden voor alles wat men zichzelf niet kon geven. En ik mezelf blijkbaar alleen via de ander. Dat lijkt aan de buitenzijde mooi, zelfs liefde. Maar met mijn gebrek aan zelfliefde en het voelen van binnen en buitengrenzen, vulde ik mijzelf met geven. Er lag confronterend veel verborgen in mijn geven en om tot zelfliefde en begrenzing te komen, moest ik eerst deze donkere kant aankijken.
Op het podium heb ik niet alles gezegd wat ik had te zeggen.
En al helemaal niet op de wijze waarop ik dat graag had gezien. Niet omdat ik het niet wilde, enkel omdat ik nog aan het oefenen ben met lopen. Ik hoor je denken: Criticus! Ja klopt, ze helpt mij iedere dag weer een stapje verder. Of beter gezegd, dichterbij. Want in gezonde agressie ligt nog zoveel meer diepte verscholen om te leren. De Engelse term vind ik alles omvatten: loving limits. Het sluit aan bij een van de mooiere uitspraken die ik al eerder mocht leren: Hoe meer we kunnen uitkomen voor onszelf, des te minder we hoeven op te komen voor onszelf.
Ik voel mij tevreden en blij weer eens op een podium te hebben gestaan. Zonder spiekbriefjes, dicht bij mezelf én op mijn blote voeten. Het laatste was het fijnst. Schrijven blijft natuurlijk mijn lievelings-uitingsvorm, maar er wachten nog een paar podia waar ik graag mijn stappen tel. En als jij nu denkt: ik vind jou interessant op mijn podium. Met schoenen kom ik niet ?
Marlie, bijzonder mens. Dank voor deze wandeling.
#blotevoetenpad